vrouwgeld470Heb je bij je scheiding voldoende eigen vermogen, dan dien je hierop eerst in te teren voordat er een recht op partneralimentatie kan ontstaan.

Bij een echtscheiding of beëindiging geregistreerd partnerschap heeft de partner die niet in het eigen onderhoud kan voorzien recht op partneralimentatie. Wanneer je voldoende inkomen of vermogen hebt, dan heb je geen recht op partneralimentatie. Wordt bij de scheiding vastgesteld dat je voldoende eigen vermogen hebt, dan dien je dat in eerste instantie aan te wenden voor je levensonderhoud.

Toedeling bij echtscheiding
In deze zaak hadden partijen kinderen toen ze begin 2006 gingen scheiden. In het echtscheidingsconvenant werd afgesproken dat de vrouw geen aanspraak zou maken op partneralimentatie.

Medio 2006 stapte de vrouw toch naar de rechtbank en verzocht om een partneralimentatie van € 1.000 per maand. De rechtbank wees haar verzoek af en de vrouw ging in beroep bij het Gerechtshof.

Interen op vermogen
Voor het Gerechtshof gaf de vrouw aan dat de rechtbank ten onrechte had beslist dat ze over een aanzienlijk vermogen beschikte en dat zij de inkomsten daarvan aan diende te wenden voor haar levensonderhoud en op die wijze in diende te teren op haar vermogen. De vrouw gaf toe dat ze bij de echtscheiding € 90.000 uit de huwelijksgoederengemeenschap had verkregen, maar dit geld had zij aan hun vier inmiddels meerderjarige kinderen besteed. Drie kinderen hadden van haar elk € 20.000 gekregen en voor het vierde kind had ze een bedrag van € 20.000 gereserveerd.

De man betwistte dat de kinderen het geld van de vrouw hadden gekregen. De vrouw kon wel aantonen dat het geld was overgemaakt naar de kinderen. Dit overtuigde het Gerechtshof echter niet omdat het om een schenking ging. Ook bleek daar niet uit dat er van het resterende geld niets meer over was. Van eventueel noodzakelijke kosten waar het geld aan zou zijn besteed, was verder geen sprake.

Het Gerechtshof concludeerde dat de vrouw verantwoordelijk met haar kapitaal diende om te gaan, om zo zelf in haar eigen onderhoud te kunnen voorzien. Het Gerechtshof ging er daarbij van uit dat de vrouw nog steeds over een aanzienlijk vermogen beschikte. Daarop diende zij eerst in te teren, alvorens er van een recht op partneralimentatie sprake zou kunnen zijn.

Wilt u de gehele uitspraak lezen: klik hier.